We schrijven dinsdag 28 november 1995. Een rare dag om een wedstrijd te moeten spelen, maar het tijdstip is eigenlijk nog veel gekker: In de ochtend. Dat had alles te maken met de plaats van handeling van dat moment: Tokio, Japan.

Een bekend automerk uit dat land had zijn naam aan de trofee gebonden waarvoor gespeeld zou gaan worden. De commercie had definitief zijn intrede gedaan. De winnaars van de Champions League en de winnaar van de Copa Libertadores ontmoeten elkaar in het kader van de wereldcup. Twgenwoordig wordt die strijd uitgesmeerd over acht teams, maar uiteindelijk komen deze twee continenten tóch weer bovendrijven…
In de jaren zeventig (1972 om precies te zijn) trof Ajax het Argentijnse Independiente. Het werd een slagveld in Buenos Aires destijds in een wedstrijd waarin voor de Zuid-Amerikanen het hoofddoel bleek om onze “nummer veertien” op welke wijze dan ook uit de wedstrijd te werken. Dat lukte maar ten dele. Cruijff scoorde en Ajax maakte het toen in Amsterdam af met een eclatante 3-0 onder toeziend oog van koningin Juliana.
Nu dus één wedstrijd. Frank Rijkaard was er niet meer bij, want hij nam met de cup met de grote oren afscheid van het strijdtoneel. Gremio uit Brazilië was de tegenstander van die dag. Ajax meette zich voorheen met tegenstanders uit Zuid-Amerika  in de voorbereiding op het seizoen in onder meer de Amsterdam 700- toernooien en enkele jaargangen meer, altijd gespeeld in het Olympisch Stadion. Maar die dagen lagen al vér achter ons…
Over de wedstrijd kunnen we kort zijn: Die was niet om aan te gluren. De strateeg Van Gaal bleek niet in staat om zijn pionnen in een offensieve stelling te brengen. Men moest behoedzaam zijn voor die razendsnelle uitvallen van de temperamentvolle Brazilianen, zodat men niet in het mes van zo’n counter zou lopen. Zuid-Amerikanen hanteren een laag baltempo, schuwen de middelen biet om jou te ontregelen en lijken je in slaap te sussen. Dat laatste lukte nog bijna ook….
Zelf had ik enkele uren middag op de dag vrijgenomen om deze wedstrijd te kunnen kijken. Eigenlijk had ik best wel spijt, omdat het vertoonde spel mij niet kon bekoren. De spanning vergoedde echter alles. Het bleef na honderdtwintig nul tegen nul dus strafschoppen. In ieder geval zou het net gaan bollen en het liefst vijf keer achter de Braziliaanse goalie. Maar Nederlanders en penalties hoef ik u niet uit te leggen….
Eén misser bleek beslissend en gelukkig kwam deze vanaf een voet uit Porte Alegre. We waren wéér de beste! Niet alleen van Nederland en Europa, maar nu ook van de wereld! Van Gaal hield woord. Na Wenen dus ook Tokio. Snel die wedstrijd vergeten en terug naar huis mét die cup, die na drieëntwintig jaar opnieuw de prijzenkast gaat opsieren. Soms doet schoonheid er even niet toe. Maar vijfentwintig jaar later zal je daar niemand meer over horen….

Tekst Andre van der Voort, foto Marcel Tazelaar